Negen

"Ik denk niet aan wat nog komen zou
Hoe mooi het had kunnen zijn
Ik onthoud liever, al ben ik in de rouw,
Wat prachtig was en fijn.

Ik vraag me niet af waarom het was
Dat het noodlot die wonde sneed
Ik onthoud liever hoe mooi het leven was
Dan al dat diepe leed."

Ieder jaar, nu al voor de 9e keer op rij, schrijf ik je een brief, broerke en ik voeg er dan een playlist aan toe. Een lijstje met daarin de muziek die me is bijgebleven in het voorbije jaar. Nooit eerder zaten er zoveel songteksten tussen die zo treffend omschrijven hoe ik me voel als zus, met en zonder jou.

Ik wil me niet verliezen in bespiegelingen over wat had kunnen zijn, want eerlijk, ik denk niet dat ik dat aankan. Ik wil niet denken aan hoe veel rijker mijn leven, ons leven had kunnen zijn met jou hier nog bij ons. Als ik dat doe, klap ik dubbel en voel ik het rauwe verdriet, de frustraties en de woede weer helemaal opborrelen en dat brengt jou evenmin terug, dus ik kies ervoor om dat niet te doen. Liever wandel ik in mijn hoofd wat rond en snuister ik wat door mijn herinneringen.

Weet je nog die middag bij meter en groteva waar we uren aan een stuk speelden dat we elkaar na hele lange tijd eindelijk terugzagen? Ik gok dat ik toen 10 was en jij 5. Telkens opnieuw die hele dikke knuffel; de warmte, en liefde die ik toen voelde… een onbeschrijflijk gevoel dat voor mij teruggaat naar de essentie van onze band, een oase waar ik in mijn hoofd vaak naar terugreis.

"Ce n'est pas vraiment des fantômes,
mais leur absence est tellement forte,
qu'elle crée en nous une présence
qui nous rend faible, nous supporte.
C'est ceux qu'on ai aimés
qui créent un vide presque tangible,
car l'amour qu'on leur donnait est orphelin,
il cherche une cible.

Nos absents sont toujours là,
à l'esprit et dans nos souvenirs.
Nos absents nous entourent
et resteront à nos côtés,
ils reprennent vie dans nos rêves,
comme si de rien n'était.

Nous, on a des projets,
on dessine nos lendemains.
On décide du chemin,
on regarde l'avenir entre nos mains.
Et au cœur de l'action,
dans nos victoires ou nos enfers,
on imagine de temps en temps
que nos absents nous voient faire.

C'est seul qu'on fait son deuil,
car on est seul quand on ressent.
On apprivoise la douleur et
la présence de nos absents."

Getemd heb ik het verdriet, ik heb het ingedijkt en het zit ergens in een kooitje in mijn hoofd, waar het zich meestal koest houdt. Maar in deze tijd van het jaar roert het zich weer meer dan anders, het wilde dier laat van zich horen en morrelt aan de sloten van zijn kooi. Nooit gedacht dat een overlijdensdatum zo geladen en beladen kon zijn, en dat het mij ieder jaar weer zo hard zou overvallen, maar, inderdaad,

“voor duizelingwekkend groot verdriet
bestaat geen medicijn”

En mocht het bestaan, ben ik niet zeker dat ik het zou innemen. Want dat verdriet maakt deel uit van wie ik ben, samen met het gemis en de herinneringen. Ik zal altijd jouw zus zijn, jij zal altijd mijn broer zijn.

Ik mis je, broerke, iedere dag, ieder uur, iedere minuut. Duw je me ook het komende jaar weer af en toe in de juiste richting? En zing je dan zachtjes “You are my sister, and I love you, may all of your dreams come true”?


Met dank aan Bart Peeters, Grand Corps Malade en Anthony and the Johnsons voor de inspiratie.

Reacties

Hoe prachtig mooi...sterkte! *tr
aan*

Populaire posts